In het onderstaande hoofdstuk wordt een fictief beroepsmoreel dilemma behandeld wat voor zou kunnen komen bij een fokkerijorganisatie. Dat voor dit dilemma gekozen is wil niet zeggen dat er verwacht wordt dat CRV zulke praktijken daadwerkelijk uitvoert.
Het dilemma:
Je krijgt van je baas de opdracht om klanten zien te werven voor een embryocontract. Hier worden de tweedeklas embryo’s verkocht terwijl potentiële klanten denken dat ze eerste klas embryo’s krijgen. De verkoper is het niet eens met deze misleidende contracten, omdat hij de klanten een eerlijk product wil leveren. Aan de andere kant is de verkoper erg blij met zijn baan en wil hij zijn baas niet voor het hoofd stoten door deze opdracht niet aan te nemen. Wat moet de verkoper doen?
Het dilemma wordt hieronder uitgewerkt volgens ‘het ethisch analysemodel voor het oplossen van morele problemen’ van Royakkers en Pieters.
Fase 1: Morele probleemstelling:
Moet de verkoper de opdracht aannemen om embryocontracten aan te bieden aan klanten die denken eerste klas embryo’s te krijgen, terwijl er tweedeklas embryo’s geleverd worden en waar de klanten dus misleid worden, waarbij de verkoper rekening houdt met het behouden van zijn baan.
Fase 2: Probleemanalyse:
Betrokkenen en hun belangen:
- De potentiële klanten: willen kwalitatief goede producten kopen;
- De verkoper: wil met zichzelf in het reine zijn en geen misleidende contracten verkopen. Daarnaast wil de verkoper ook de baas niet voor het hoofd stoten;
- De baas: zoveel mogelijk winst maken met het bedrijf, ook al betekent dat de verkoop van tweedeklas embryo’s;
- Verkoopteam: als de ondernemer zijn probleem voorlegt in het verkoopteam zijn zij ook betrokken. Het verkoopteam wil over het probleem praten en eventueel naar de directie stappen voor een oplossing en een goede sfeer binnen het team.
- Eventueel de VFN(Vereniging van Financieringsondernemingen in Nederland): de ondernemer kan er ook voor kiezen melding te maken over het bedrijf voor deze misleidende contracten.
Mogelijke waarden:
- Economische groei van de onderneming
- Eerlijkheid
- Betrouwbaarheid
- Reputatie van de onderneming
- Reputatie van de verkoper
Omstreden feiten:
Er wordt niet genoemd of de tweedeklas embryo’s in de praktijk mindere resultaten behalen. Dit kan wel degelijk van belang zijn voor de beantwoording op de morele probleemstelling.
Fase 3: Handelingsmogelijkheden:
1. Zwartwitstrategie: de verkoper moet de opdracht wel /niet accepteren;
2. Strategie van het aankaarten op hoger niveau: overleggen met het verkoopteam of in overleg gaan met de baas;
3. Strategie van samenwerking: met de baas van het bedrijf kan overlegd worden of het mogelijk is de contracten te veranderen. Er kan bijvoorbeeld gekozen worden om wel aan te geven bij de klanten dat het om tweedeklas embryo’s gaat, die uiteraard voor een lagere prijs aangeboden worden;
4. Strategie van het klokkenluiden: de verkoper zou gelijk naar de VFN kunnen gaan om melding te maken over de opdracht.
Fase 4: Ethische oordeelsvorming:
Eigen intuïtie:
Ik vind dat je geen oneerlijk, misleidend product mag verkopen aan je klanten. Daarom zou ik er voor kiezen om de opdracht te weigeren, ook al stoot je daarmee je baas voor het hoofd.
Utilisme:
Bij het utilisme staan de gevolgen van een handeling centraal. Daarbij geldt dat het grootste geluk voor het grootste aantal mensen bereikt moet worden. De beste handeling is dus degene die de meest positieve gevolgen heeft op het grootste aantal mensen.
Om inzicht te krijgen in de betrokkenen en hun gevolgen op een handeling is het mogelijk om een tabel te maken. De plusjes en de minnetjes geven de ‘hoeveelheid’ van de gevolgen aan.
1. Zwartwitstrategie: de verkoper moet de opdracht wel accepteren;
Betrokkenen | Positieve gevolgen | Negatieve gevolgen |
Potentiële klanten | Klanten betalen de volle prijsvoor een kwalitatief slechter product | |
Verkoper | Hoeft zijn baas niet tegen het hoofd te stoten + | Hij verkoopt geen eerlijk product en voelt zich hier schuldig door -- |
Baas | Omzet, winst, bestaanszekerheid ++ | Mogelijke negatieve publiciteit bij uitkomen van de misleiding - |
Verkoopteam | ||
VFN | Wordt niet ingeschakeld dus heeft hier niets mee te maken |
Uit deze tabel komt: 3 keer + en 5 keer -
Hieruit blijkt: de opdracht niet accepteren
2. Strategie van het aankaarten op hoger niveau: overleggen met het verkoopteam of in overleg gaan met de baas;
Betrokkenen | Positieve gevolgen | Negatieve gevolgen |
Potentiële klanten | ||
Verkoper | Legt de verantwoordelijkheid bij het team en hoeft dus zelf minder verantwoordelijkheid te dragen. ++ | |
Baas | In het bezit van een goed verkoopteam + | Baas moet eindverantwoordelijkheid nemen - |
Verkoopteam | Een hechtere band met de collega’s door te spreken over dit probleem + | Het verkoopteam wordt deelgenoot gemaakt van dit probleem terwijl ze dit misschien eigenlijk niet wilden - |
Uit deze tabel komt: 4 keer + en 2 keer –
Dat wil zeggen: de opdracht wel aankaarten op hoger niveau
3. Strategie van samenwerking: met de baas van het bedrijf kan overlegd worden of het mogelijk is de contracten te veranderen. Er kan bijvoorbeeld gekozen worden om wel aan te geven bij de klanten dat het om tweedeklas embryo’s gaat, die uiteraard voor een lagere prijs aangeboden worden;
Betrokkenen | Positieve gevolgen | Negatieve gevolgen |
Potentiële klanten | Klanten weten wat voor product ze kopen ++ | |
Verkoper | Kan met een goed gevoel de producten verkopen, omdat hij weet dat het eerlijke producten zijn ++ | Kan de baas voor het hoofd stoten door de opdracht te bekritiseren - |
Baas | Kan met een eerlijk gevoel de omzet vergroten + | Mindere omzet, winst en bestaanszekerheid - |
Verkoopteam | ||
VFN |
Uit deze tabel komt: 5 keer + en 2 keer –
Dat wil zeggen: wel een alternatieve oplossing zoeken
4. Strategie van het klokkenluiden: de verkoper zou gelijk naar de VFN kunnen gaan om melding te maken over de opdracht.
Betrokkenen | Positieve gevolgen | Negatieve gevolgen |
Potentiële klanten | Het product zal bekend worden en voor een eerlijke prijs verkocht worden ++ | |
Verkoper | Heeft geen schuldgevoel, want het product wordt niet meer misleidend aangeboden + | Met deze actie kan de verkoper zijn baan verliezen -- |
Baas | Zal zich bedrogen voelen door zijn werknemer -- | |
Verkoopteam | ||
VFN | Kan actie ondernemen + |
Uit deze tabel komt: 4 keer + en 4 keer min
Hier is dus geen duidelijke handeling aan te wijzen.
Als naar de bovenstaande balansen kijkt die bij de handelingswijzen horen, wordt duidelijk dat het probleem aangekaart moet worden op hoger niveau en dat er een alternatief gezocht moet worden.
Theorie van Kant
Bij de theorie van Kant staat de handeling centraal. Deze wordt getoetst aan het universaliseringsbeginsel of aan het respectbeginsel. Als een handeling aan een van deze twee beginselen voldoet, is de handeling moreel aanvaardbaar.
De uitgangspunten van deze theorie zijn aankaarten op hoger niveau en de strategie van de samenwerking, omdat dat de mogelijkheden zijn die kwamen uit het utilisme.
Universaliseringsbeginsel:
Handel alleen als volgens die maxime waarvan je tegelijkertijd kunt willen dat het een algemene wet wordt. De verkoper vindt dat je de klanten niet moet misleiden en een eerlijk product moet aanbieden. Je zou kunnen zeggen dat het een algemene wet moet worden.
Respectbeginsel:
Het respectbeginsel wil dat je zo moet handelen, dat de mensheid, zowel in eigen persoon als in de persoon van ieder ander tegelijkertijd altijd als doel en nooit enkel als middel gebruiken moet.
De verkoper wil heeft het doel om de klanten niet te misleiden. Hier heeft hij steun van collega’s en zijn baas nodig.
Er wordt voldaan aan de bovenstaande beginselen dus de handelingen van aankaarten op hoger niveau en de strategie van de samenwerking zijn aanvaardbaar.
Deugdenethiek
Bij de deugdenethiek wordt gekeken minder gekeken naar de handeling op zich, maar meer naar de karaktereigenschappen die verwacht worden aanwezig te zijn om in een bepaalde situatie het goede te realiseren. Uit die verwachting kan dan een handeling afleiden.
De probleemeigenaar is de verkoper.
Deugden die de verkoper moet bezitten om een deugdzaam mens te zijn:
- Hij moet met zichzelf in het reine willen zijn en de opdracht dus niet accepteren, aankaarten op hoger niveau of alternatieven zoeken voor de opdracht;
- Hij moet de band met zijn baas proberen goed te houden;
- En hij moet een goede relatie willen houden met de klant.
Voor alle handelingsmogelijkheden bepalen of deze conflicteren met deugden die horen bij een deugdzame verkoper:
1. Zwartwitstrategie: hieruit zou de verkoper de opdracht moeten weigeren om de relatie met de klant goed te houden en tevens met zichzelf in het reine te zijn. Nadeel is wel dat hij de baas hiermee voor het hoofd stoot.
2. Aankaarten op hoger niveau: hierbij wordt vooral de relatie met de baas goed gehouden.
3. Strategie van samenwerking: hierbij kan hij rekening houden met alle drie de deugden die een goede verkoper moet bezitten.
4. Strategie van klokkenluiden: hierbij blijft hij alleen met zichzelf in het reine, maar beschadigd hij wel de relatie met de baas en loopt de kans zijn baas te verliezen. Deze handelingsmogelijkheid is dus niet zo verstandig om te kiezen.
Na afweging van de diverse handelingsmogelijkheden met de deugden blijkt dat de strategie van de samenwerking hier het beste uit de bus komt.
Zorgethiek:
In de zorgethiek staat de relatie centraal, waarbij het uitgangspunt is dat relaties en zorg verantwoordelijkheid voor elkaar betekenen.
Bij dit dilemma zijn de volgende relaties van toepassing:
- Baas-verkoper
- Verkoper-klant
- Verkoper-verkoopteam
Volgens de zorgethiek zouden deze relaties alleen behouden worden door de strategie van aankaarten op hoger niveau of van de strategie van de samenwerking.
Bedrijfscodes: bij dit dilemma zijn geen bedrijfscodes bekend.
Fase 5:Reflectie:
Allereerst een kleine samenvatting van de uitkomsten van de diverse theorieën:
- Utilisme: aankaarten op hoger niveau of strategie van de samenwerking
- Theorie van Kant: aankaarten op hoger niveau of strategie van de samenwerking
- Deugdenethiek: strategie van de samenwerking
- Zorgethiek: aankaarten op hoger niveau of strategie van de samenwerking
De eigen intuïtie was:
Ik vind dat je geen oneerlijk, misleidend product mag verkopen aan je klanten. Daarom zou ik er voor kiezen om de opdracht te weigeren, ook al stoot je daarmee je baas voor het hoofd.
Uit de ethische cyclus kwamen de strategieën van aankaarten op hoger niveau en die van de samenwerking als beste tevoorschijn.
In de eigen intuitie kwam niet heel duidelijk naar voren hoe dat de opdracht geweigerd wordt. Uit de cyclus is gebleken dat dit het beste kan door middel van aankaarten op hoger niveau en de strategie van samenwerking. Het komt er dus op neer dat er met mensen van hoger niveau gepraat zal moeten worden over de opdracht en of deze veranderd kan worden. Zo heeft de verkoper de minste kans om relaties te beschadigen.
Argumentenkaart
In een argumentenkaart kan een overzicht te zien zijn, waarin alle relevante argumenten voor en tegen een bepaald onderwerp beschreven staan. De argumentenkaart dit bij dit dilemma hoort is te zien in bijlage 1.